Herinneringen van een hoedenmaker

Antieke hoedenmallen

Beslissen om hoedenmaker te worden is één ding, het verzamelen van al het traditionele gereedschap dat je nodig hebt een avontuur op zich. Ons hoedenmakergereedschap is grotendeels afkomstig van een hoedenmaker in Tomelloso, een klein stadje op bijna 200 kilometer van Madrid. Deze hoedenmaker op zijn beurt kreeg zijn hoedenmallen van Manuel Padilla Crespo, een bekende hoedenmaker uit Andalusië die in 1950 zijn eigen hoedenwinkel opende in Madrid.

Ik herinner me dat we met onze schatten in de kofferbak terugreden en ons kalm en trots voelden bij het idee een traditie voort te zetten die zeldzaam wordt. Het één voor één restaureren van alle hoedenmallen hield ons maandenlang bezig en liet ons met blaren op onze handen achter. Doordat we al onze mallen zo goed leerden kennen, werden we voorgesteld aan onze toekomstige hoeden. En hoewel we meer hoedenmallen zouden kopen - op antiekmarkten, veilingen en online - was dit het begin, ons begin, het begin van Maleza.

Tot onze grote verrassing ontdekten we, net na het kopen van (een deel van) de hoedenmallen van Manuel Padilla Crespo, dat hij een boek had geschreven met de titel “Herinneringen van een hoedenmaker” waarin hij zijn jeugd beschrijft: het opgroeien in armoede, zijn stage in Andújar (Zuid-Spanje) en tenslotte zijn succes als hoedenmaker in Cordoba, Sevilla en Madrid.

Het mooiste fragment van het boek staat op bladzijde 131 waar Manuel schrijft:

(…) “De hoed moet een mix van ingrediënten krijgen: liefde, intelligentie en goede smaak. Met het vilt in je handen, en voordat je de verharder smeert, kijk je naar de hoed in wording, kijk je er nog eens naar, praat je ermee en vraag je: “Zul je je goed gedragen?” En (nadat je dit hebt gedaan) reageert het vilt meestal met een zelfverzekerd "ja". Sommigen hoeden zijn opstandig of houden je voor de gek; deze krijgen een "klap", en op die manier zullen ze uiteindelijk ook gehoorzamen. Maar als algemene regel geldt dat als je hoeden goed behandelt, ze je hun ziel zullen geven.”